In onze trainingen werken wij al jaren met een planningsysteem waarmee promovendi principes van projectplanning leren toepassen op hun promotietraject. Ze krijgen daarmee ook een totaaloverzicht van de tijdsindeling. Ook aan begeleiders van promovendi leggen we dit systeem uit en die zijn vaak zo enthousiast dat ze het gelijk in praktijk gaan brengen.

De trainingen lopen eigenlijk zo goed dat ik alweer vergeten was tegen welk adagium wij in het begin ten strijde moesten trekken:  “een proefschrift is niet te plannen”. Ik was dan ook verrast toen ik onlangs van een hoogleraar deze bewering opnieuw tegengeworpen kreeg. “Het valt niet te plannen, je begint aan een onderzoek en denkt dat je een trui gaat maken” zei ze, “maar het kan uiteindelijk net zo goed een tent worden”.

Een tent of een trui? Kom op nou! Het wordt altijd een boek. Of je nu in de macro economie promoveert of onderzoek doet naar de juridische aspecten rondom de registratie van bootvluchtelingen. Of je nu bestudeert of de toonhoogte van zangvogels in de grote stad verandert onder invloed van het verkeer of dat je dode zeerollen tegen het licht houdt; je promoveert op een boek.

trui of tentEn het is echt niet zo dat er oneindig veel variaties zijn in hoe je iets mag opschrijven. De promovendus hoeft niet na te denken of zij de data zal beschrijven in een sonnet of een kritische column. Het wordt geen sprookje, de belangrijkste conclusie komt niet tot de lezer in de vorm van een cartoon en de enige dwingende schrijfstijl is die van de logica. Daarbij mogen de paragrafen niet te lang, maar zeker ook niet te kort zijn en moeten ze één idee uitwerken.

De mythe van het onplanbare proefschrift leeft voort omdat de promovendus vaak vrij is om de richting van het onderzoek te bepalen. Maar de einddatum van het arbeidscontract is niet naar achteren te schuiven. En daar zit de pijn. Het lukt de meeste promovendi niet om hun proefschrift af te ronden binnen hun aanstellingsduur en dat leidt tot veel ellende voor alle betrokkenen. Er is geen tijd om naar hartenlust te experimenteren en maar te zien of het een trui of een tent wordt.
Een planning maakt dat pijnlijk duidelijk.

Promovendi vertellen dat het gerust een trui of een tent mag worden is al dubieus, maar ze ook nog een planning onthouden is alsof je ze zonder breipatroon, met 88 pennen van verschillende diktes en 21 soorten gekleurde wol het bos in stuurt.